Formule 1
George Russell eist drastische veranderingen in de F1!
In de wereld van de Formule 1 verwacht je vuurwerk op de baan. Wat de Japanse Grand Prix opleverde, was eerder een optocht dan een race. George Russell had er duidelijk geen zin in om het stilzwijgend te ondergaan. De Brit greep na afloop resoluut de microfoon en richtte zijn pijlen op bandenleverancier Pirelli. Volgens Russell was de race zo voorspelbaar en dat mag volgens hem niet de bedoeling zijn.
Banden die geen zin hadden om op te geven
Waar coureurs normaal gesproken in gevecht zijn met versleten banden alsof het een wild dier betreft, bleek de harde compound in Suzuka eerder een tam konijn. Inhaalacties waren schaars; de posities aan de start bleven vrijwel de posities aan de finish. Russell, die bekendstaat om zijn analytische blik, legde de vinger feilloos op de zere plek.
“De afgelopen twee weekenden was het een gemakkelijke één-stopstrategie. Ik denk dat wanneer de baan opnieuw geasfalteerd wordt, Pirelli zachtere banden mee moet nemen, omdat de harde band voor altijd kon meegaan,” verklaarde hij na de race.
Met andere woorden: de banden hadden meer uithoudingsvermogen dan een marathonloper. Voor coureurs als Russell, die graag met het mes tussen de tanden rijden, was het gebrek aan dynamiek frustrerend.
Snelheid zat er wel in, maar inhalen? ho maar
Op papier had Russell voldoende snelheid. In de praktijk bleef hij steken achter Charles Leclerc, alsof hij op een onzichtbare elastiek zat vastgebonden.
“We pushten zo snel en hard als mogelijk, maar het was gewoon onmogelijk om in te halen. Ik denk niet dat ik het tempo had om de top drie te halen, maar ik evenaarde het tempo van Charles en kon er niet voorbij,” aldus Russell.
De Brit gaf toe dat zelfs het rijgedrag van een geslepen coureur als hij niet genoeg was om door de muur van aerodynamische verstoring heen te breken. Een reminder dat F1 niet alleen een strijd tussen coureurs is, maar ook tussen bandenslijtage, downforce en… geduld.
Punten sprokkelen en wachten op betere tijden
Ondanks zijn ergernis over het gebrek aan spektakel, stapte Russell niet met lege handen het vliegtuig naar huis in. De vijfde plaats leverde opnieuw waardevolle punten op voor het kampioenschap. Zeker gezien het feit dat hij vorig seizoen zijn goede vorm maar moeilijk wist vast te houden, was hij gematigd positief.
“De afgelopen jaren ben ik niet erg consistent geweest en dat is iets waaraan ik wilde werken. Het is een solide start van het jaar en ik ben blij,” voegde de Engelsman toe.
Hoewel een podiumplek buiten bereik bleef, kijkt Russell naar de bredere horizon. De solide seizoensstart geeft vertrouwen, al is de realiteitszin groot.
nog 21 races te gaan, dus geen wilde voorspellingen
Met slechts drie races achter de rug en nog 21 te gaan, weet Russell dat er weinig te winnen valt met overmoedige uitspraken. Toch liet hij subtiel doorschemeren dat het team niet op hun volle potentieel draait – en dat McLaren binnenkort waarschijnlijk een tandje bij zal zetten.
Hij merkte op dat de eerste races onder koele omstandigheden plaatsvonden: “Ik droeg zowel deze week als vorige week een jas,” lachte hij.
Russell verwacht dat McLaren beter zal presteren zodra de temperaturen stijgen. Met Bahrein (35 graden) en Saoedi-Arabië (36 graden) op het programma voorspelt hij dat het krachtsverschil tussen de teams beter zichtbaar zal worden.
Voor nu lijkt de jonge Brit vastbesloten zich niet te verliezen in dagdromen. Een goed begin is leuk, maar in de Formule 1 telt uiteindelijk maar één ding: de eindstand.
