“Ik voel me goed bij RKC,” begint Ihattaren. “Henk Fraser is een goed mens. Hij helpt me, vooral buiten het veld. Dat is wat ik nodig had. We hebben het als club lastig, maar ik zit hier echt op m’n plek.”
Broederschap buiten het veld bepaalt de sfeer op het veld
De sfeer in de spelersgroep speelt daar volgens hem een grote rol in. “Ik ga veel om met de boys. Liam van Gelderen ken ik nog van Ajax, met Yassin Oukili rij ik elke dag op en neer naar de club. We chillen ook thuis bij elkaar. En Margaret, die hoort er ook bij. Het zijn allemaal goede gasten.”
Hij ziet gelijkenissen met de tijd bij PSV, toen hij op het veld stond met spelers als Dumfries, Malen en Gakpo. “Als het buiten het veld goed zit, zie je dat terug op het veld. Dat gevoel van broederschap — dat mis je bij veel clubs.”
“Sommige van onze jongens kunnen moeiteloos mee bij de top”
Toch is het volgens Ihattaren lastig voor dit soort spelers om erkenning te krijgen. “Sommige jongens bij RKC zouden moeiteloos meekunnen bij de top. Alleen: topclubs draaien lekker, dus daar wordt naar gekeken. Niet naar ons.”
Kritiek op selectiebeleid Oranje: “De hype bepaalt wie je bent”
Daarmee komt hij uit op een frustratie die hem zichtbaar dwarszit: de selecties van Oranje. “Er staan nu jongens in het Nederlands elftal waarvan ik denk: broer… jij zat op de bank toen we daar speelden. Je stond op de stand-by-lijst. En nu ineens… snap je?”
Volgens Ihattaren speelt media-aandacht een grote rol. “De media maakt je of breekt je. Mensen gaan mee met wie gehypet wordt. Maar als je Margaret, Oukili of Van Gelderen bij een topclub neerzet… dan gaan mensen ze pas echt zien.”
Het is een duidelijke boodschap van een speler die zichzelf terug aan het knokken is — en het vuur nog lang niet gedoofd heeft.