De strijd met Portugal beslecht
Portugal hoopte Nederland nog in te halen, maar die droom spatte dinsdagavond uiteen. Benfica lag er al vroeg uit en daarmee bleef Vitória Guimarães de enige overgebleven Portugese ploeg in Europa. De club moet donderdag voorbij Real Betis zien te komen in de Conference League, maar zelfs als dat lukt, kunnen de Portugezen maximaal 2,700 coëfficiëntenpunten behalen. Dat is bij lange na niet genoeg om de voorsprong van Nederland (4,717 punten) te overbruggen.
Voor de Eredivisie betekent dit dat de Nederlandse competitie steeds steviger op de Europese kaart staat. Waar een paar jaar geleden plek zes op de coëfficiëntenlijst nog een verre droom leek, is het nu een realiteit waarmee Nederlandse clubs structureel meer kansen krijgen op het hoogste niveau.
Nederlandse clubs in Europa
Hoewel de coëfficiëntenstrijd al gewonnen is, moeten de Nederlandse clubs nog wel zelf zien te overleven in de Europese competities. PSV heeft dit seizoen met 88,25 punten de meeste coëfficiëntenpunten binnengesleept, gevolgd door Feyenoord (80,50), Ajax (79,25) en AZ (68,50). Maar het ziet er niet voor iedereen even rooskleurig uit.
Champions League verzekerd, nu nog presteren
Toch biedt de structurele verbetering op de coëfficiëntenlijst een solide basis voor de toekomst. Clubs kunnen beter plannen, investeren in hun selecties en jonge talenten langer vasthouden. En laten we eerlijk zijn: twee of drie Nederlandse teams in de Champions League klinkt toch een stuk beter dan weer een donderdagavond vol stress in de Conference League?