Waar Rusland na de inval in Oekraïne zonder pardon werd geweerd, blijft Israël vooralsnog gewoon deelnemen. Dat verschil wringt in Madrid.
Patxi López zet toon
Patxi López, woordvoerder van de regeringspartij in het Spaanse parlement, herhaalde deze week dat Spanje al het Eurovisie Songfestival overslaat als Israël meedoet. Hoewel hij zich niet definitief uitliet over het WK, liet hij doorschemeren dat ook daar een boycot mogelijk is. De Spaanse sportkrant Marca bevestigt dat de regering formeel de macht heeft om de nationale ploeg deelname te verbieden.
Dat komt door een protocol dat alle bonden ooit hebben ondertekend: deelname aan internationale competities moet vooraf worden goedgekeurd door de Hoge Raad voor de Sport, in samenspraak met het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Juridisch kan de regering dus ingrijpen.
De kracht van precedent
Het precedent van Rusland speelt een cruciale rol in het debat. Voorstanders van uitsluiting vinden dat er met twee maten wordt gemeten zolang Israël zonder consequenties mag blijven meedoen. Tegenstanders waarschuwen juist dat politiek en sport hierdoor volledig met elkaar verstrengeld raken.
Voor Spanje zelf zou een boycot een enorme stap zijn. La Furia Roja, de regerend Europees kampioen, geldt als een van de grote kanshebbers op succes in 2026. Een afzegging zou niet alleen sportief een bom leggen onder het toernooi, maar ook economisch en diplomatiek gevolgen hebben.
FIFA onder druk
Voor de FIFA is de kwestie uiterst gevoelig. De bond probeert al jaren sport en geopolitiek gescheiden te houden, maar de realiteit haalt dat ideaal steeds vaker in. Een boycot van Spanje – een topland in het mondiale voetbal – zou de geloofwaardigheid van het toernooi direct aantasten.
Of het zover komt, hangt volledig af van de situatie in het Midden-Oosten én de kwalificatiecampagne van Israël. Maar de toon is gezet: het WK 2026 wordt, ruim voor de aftrap, al gegijzeld door geopolitieke spanningen.