Horner openhartig – en dat viel niet goed
In aanloop naar de Grand Prix van Groot-Brittannië sprak Horner openlijk over het Red Bull Powertrains-project, dat vanaf 2026 volledig in eigen huis motoren moet leveren aan zowel Red Bull Racing als het zusterteam Racing Bulls. De samenwerking met Ford moet een krachtbron opleveren die de gevestigde orde – Mercedes, Ferrari, Honda – kan bijbenen.
Maar Horner temperde de verwachtingen. Hoewel hij benadrukte dat er fors is geïnvesteerd en dat het team ‘een geweldige cultuur’ heeft opgebouwd, gaf hij toe dat het onwaarschijnlijk is dat Red Bull meteen een dominante motor aflevert. “Verwachten dat we volgend jaar al voor Mercedes staan? Dat zou gênant zijn voor Mercedes – of voor welke fabrikant dan ook.” Een uitspraak die op papier nuchter en realistisch klinkt, maar binnen de Red Bull-muren op z’n zachtst gezegd niet lekker viel.
Marko: “Hij zei intern het tegenovergestelde”
Helmut Marko reageerde kort daarna in de Duitse pers op de uitspraken van zijn voormalig collega – en deed dat met een verrassend scherpe toon. “Ik was ook verrast toen ik dat las,” liet hij optekenen. “Intern spreekt hij heel anders. Wij zitten binnen de limieten qua ontwikkeling, en denken niet dat we op achterstand staan.”
De Oostenrijker benadrukt bovendien dat Red Bull – net als andere fabrikanten – opnieuw begint met een blanco blad. “Ook Mercedes en Ferrari moeten vanaf nul een krachtbron bouwen voor 2026. Wij hebben ervaren mensen binnengehaald uit de industrie, juist om dit project tot een succes te maken.” De ondertoon is duidelijk: Red Bull gelooft in het eigen motorplan, en de twijfel die Horner publiekelijk zaaide, wordt hem intern zwaar aangerekend.
Verstoord vertrouwen?
De breuk tussen Horner en Marko – al langer een open geheim in de paddock – krijgt hiermee een nieuw hoofdstuk. Waar het ontslag van Horner tot dusver vooral werd gelinkt aan intern machtsvertoon, het grensoverschrijdend gedrag-dossier en fouten op het gebied van coureursmanagement, duikt nu ook de inhoudelijke koers als factor op. Als teambaas publiekelijk een ander verhaal verkondigt dan intern wordt verteld, rijst de vraag: wie spreekt namens Red Bull?
Voor iemand als Marko, die als geen ander waakt over de imago en integriteit van het team, is dat geen detail. Zeker niet nu het team in transitie is – met het vertrek van Horner, het aanstaande afscheid van Adrian Newey, en de onzekere toekomst van Max Verstappen.
Motor 2026 als sleutel tot toekomst Verstappen?
Toto Wolff liet onlangs al weten dat de krachtbron in 2026 ‘het verschil gaat maken’ in de nieuwe Formule 1. Teams die motorisch achterlopen, kunnen het volgens hem direct schudden. Precies daarom baart het zorgen wanneer de eigen CEO twijfelt aan het project waar je hele toekomst op rust.
Voor Max Verstappen – al maanden onderwerp van speculatie rond een overstap naar Mercedes – zijn dit geen geruststellende signalen. Als zelfs Horner, zijn trouwe bondgenoot tot voor kort, twijfels heeft over de motor, kan dat de druk op een besluit alleen maar vergroten.
Conclusie: niet de enige reden, wél veelzeggend
Of Horner’s twijfel aan de Red Bull-motor dé reden was voor zijn ontslag, is niet met zekerheid te zeggen. Maar binnen het bredere plaatje – waarin fouten in coureursbeleid, machtsconflicten met Marko en beschadigde geloofwaardigheid een rol spelen – is het zeker een factor die meeweegt.
In de Formule 1 draait alles om vertrouwen. In de techniek, in je mensen en in de boodschap die je als team uitdraagt. Als die boodschap niet meer synchroon loopt, is zelfs een langjarige teambaas als Christian Horner niet veilig. En dat weet Helmut Marko als geen ander.