Natuurgras verplicht: kostenpost van een miljoen euro
De grootste kopzorg heet… gras. Of beter gezegd: het gebrek eraan. Telstar speelt zijn wedstrijden al jaren op kunstgras, maar de Eredivisie is daar klaar mee. Vanaf komend seizoen is natuurgras verplicht. “Dat is geen geheim, dat is de grootste uitdaging,” erkende algemeen directeur Leon Annokkée eerder al tegenover ESPN. Hij noemt het “onvermijdelijk”, maar ziet ook direct een groot probleem: het geld is er niet.
Een nieuwe grasmat kost naar schatting één miljoen euro. Een bedrag dat Telstar simpelweg niet kan ophoesten. Compensatie van de KNVB? Vergeet het maar. “Eerst dat veld, en dan zien hoe we de financiering creatief rondkrijgen,” klinkt het optimistisch, maar ook onzeker.
Verplichtingen stapelen zich op
En het gras is nog maar het begin. Ook op andere fronten moet Telstar zich in rap tempo aanpassen om aan de licentievoorwaarden van de Eredivisie te voldoen. Pieter de Waard, die tussen 2006 en 2023 de club leidde, zet de knelpunten op een rij: “De verlichting moet verdubbeld worden, er moeten twee extra contractspelers bijkomen, een perschef op de loonlijst, logistieke aanpassingen voor supporters én het uitpubliek. Je zou er een dagtaak aan hebben.”
Van het bescheiden 711 Stadion tot de personeelsstructuur – alles moet op de schop. De club balanceert daarmee op een dunne koord tussen ambitie en overbelasting.
De angst voor een ‘éénjaars-Eredivisie’
Hoewel de promotie werd gevierd als een sprookje, waarschuwt Annokkée ook voor de keerzijde. Want wat als het een kort verblijf wordt in de Eredivisie? “Een jaar is leuk, maar als je direct weer degradeert, wat dan?” Die vraag is niet hypothetisch, maar bitter reëel. Clubs die promoveren, worden vaak binnen het jaar weer teruggefloten naar de Keuken Kampioen Divisie.
De club moet dus investeren met lange adem, maar weet niet of die adem volgend jaar nog ruimte krijgt. Financieel risico ligt op de loer.
Verdiende beloning of te grote last?
Telstar staat deze zomer voor de zwaarste klus in zijn moderne geschiedenis. De beloning voor sportief succes komt met een prijskaartje waar men in Velsen-Zuid niet direct op gerekend had. De club krijgt geen moment rust na de promotie: terwijl de selectie zich opmaakt voor een Eredivisie-avontuur, moet de organisatie bouwen aan een clubstructuur die het niveau aan kan.
Of de Witte Leeuwen klaar zijn voor die transformatie is nog de vraag. Eén ding is zeker: de strijd om te blijven begint ruim voor de eerste aftrap. Op het veld, maar vooral daarbuiten.
