Tijdens de Grand Prix van Miami was het verschil genadeloos: McLaren-coureurs Lando Norris en Oscar Piastri finishten met een marge van 37 seconden op de rest. En nee, dat was geen toeval. Volgens Formule 1-commentator Olav Mol zit er een vernuftige truc achter de Britse opmars, en Red Bull kan daar voorlopig alleen maar van dromen.
Mol legt vinger op zere plek: “Remmen zijn het geheim”
In de Formule 1-podcast F1 Aan Tafel onthulde Mol dat McLaren slim inspeelt op het koelen van de auto. “Ze hebben iets met de voorremmen gedaan waardoor het hele systeem koeler blijft. Minder hitte bij de remmen betekent ook koelere banden. En dát is hun grote voordeel,” aldus de commentator.
Met koelere banden verslijt het rubber langzamer en blijven prestaties constanter – precies waar Red Bull het momenteel laat liggen. “In Miami waren ze gewoon een seconde per ronde sneller dan Verstappen,” zegt Mol. “Dat is ongekend.”
Red Bull zit met de handen in het haar
Bij Red Bull is men niet blind voor het McLaren-mysterie. Volgens Auto, Motor und Sport werd al geëxperimenteerd met infraroodcamera’s om tijdens pitstops de bandentemperatuur van McLaren-auto’s te analyseren. En ook de FIA keek mee: na een uitgebreid onderzoek naar de achterremmen van de MCL39 werd vastgesteld dat alles binnen de regels blijft.
En dat maakt het nog frustrerender voor Red Bull. De technologische voorsprong van McLaren is voorlopig legaal – én lastig te imiteren. “Je kunt dat niet zomaar kopiëren,” aldus Mol. “Het ontwerp heeft te maken met luchtstromen ín de velg. Dat pas je niet even aan zonder je hele auto om te gooien.”
McLaren heeft de grip terug, letterlijk
De sleutel ligt bij grip en bandenslijtage, en McLaren heeft daar als enige een antwoord op gevonden. Waar Verstappen en co. zwoegen met oververhitte achterbanden, rijdt het team uit Woking met chirurgische precisie naar voren. En dat verschil is onmiskenbaar, zeker in races waarin temperatuur en bandenbeheer cruciaal zijn.
Voorlopig blijft de FIA bij haar oordeel: niets illegaals aan het McLaren-ontwerp. Wat rest, is dat Red Bull zijn huiswerk moet maken – en snel ook.